Kunstenaar en Amersfoorter Pieter Starreveld in woord en beeld

Naar aanleiding van mijn interesse in het werk van Pieter Starreveld, zoek ik contact met de Stichting ‘Pieter Starreveld Beeldhouwer’. Een gesprek met Henk van der Lee, bestuurslid, maakt het volgende duidelijk:

Amersfoort in beeld

In Amersfoort zijn zes beelden van Pieter Starreveld: het luifelbeeld Leven en Welzijn, de Baadster (in het Sportfondsenbad), een borstbeeld en het Paardje (beiden in het Stadhuis) en twee grafmonumenten op kerkhof Rusthof.

Gevraagd naar het centrale thema in het werk van Pieter Starreveld antwoordt Van der Lee dat de stichting bezig is aan een boek over de kunstenaar. Daarbij wil men een kunsthistoricus inschakelen om de leemte omtrent dit soort vragen te vullen.

Oeuvre van de kunstenaar

Alles overziend wordt Van der Lee duidelijk dat Pieter Starreveld eigenlijk uitsluitend werk maakte met levende wezens: het leven zelf was zijn inspiratiebron. Waarschijnlijk door zijn leermeester prof. Bronner ging Starreveld figuren maken. Bronner ’s adagium was: bouwkunst is beeldhouwkunst en vice versa en dan is er veel mogelijk.

Starreveld had een voorkeur voor vrouwen én voor dieren, in het bijzonder voor paarden en vogels. De belangstelling voor vogels laat zich verklaren doordat Starreveld de dienstplicht weigerde en zijn alternatieve dienstplicht volbracht in Haarlem rond de jaren ’30. Daar kwam hij in aanraking met J.P. Strijbos, een groot vogelkenner.

Verder was Starreveld geïnteresseerd in symboliek. Zo heeft Starreveld ook veel linosneden (prenten) gemaakt, bijvoorbeeld voor een boek over de dierenriem van Albert Helman. Ook drukte hij prenten af in verzetsblaadjes gedurende de tweede wereldoorlog.

Leermeester en leerling

Starreveld was dus een leerling was van prof. Bronner: van horen zeggen een ware tiran. Deze leermeester had een beeldengroep voor de gemeente Haarlem gemaakt, maar kwam er pas later achter dat hij daarvoor de verkeerde steensoort had gebruikt. Bronner was er blijkbaar heel goed in om anderen (van zijn eigen fouten) te laten leren. Hij leidde heel wat prominente kunstenaars op, waaronder Pieter d’Hont en Mari Andriessen.

Atelier

Starreveld had een probleem met het vinden van geschikte werkruimte. In de jaren 1935-1955 is hij wel zes, zeven keer van atelier veranderd. In 1955 kwam hij, op voorspraak van de toenmalige burgemeester van Amersfoort, aan de Oranjerie in Park Randenbroek. Daar heeft hij van 1955 tot zijn dood in 1989 gewerkt. Ook sliep hij daar wel, maar al die tijd hield hij zijn woonadres in Amsterdam aan. Hij trouwde en kreeg 3 zoons.

Leven en Welzijn als sleutelwerk

De opdracht voor het beeld Leven en Welzijn kreeg hij in 1962 van Levob. Dit werk is wel een sleutelwerk van Starreveld, een icoon, want:

- het is groot en

- het betreft mensfiguren.

Dit geldt overigens ook voor bijna alle 23 oorlogs- (of bevrijdings)monumenten die hij maakte, dat wil zeggen: volgens de huidige stand van de inventarisatie. Als er geen mensfiguur inzat, dan plaatste hij er desnoods een klein diertje, bijv. een vogeltje, in.

De uitzondering die de regel bevestigt, is de plafonddecoratie in Eindhoven die hij voor Philips vervaardigde. Dit betrof (alleen) een sterrenhemel.

Voet bij stuk

Henk van der Lee haalt een aardige anekdote op uit de jaren ’40-’50 is, toen Starreveld contact had met Anton Philips zelf. Die had een gebeeldhouwde bank voor zijn tuin bij Starreveld besteld. Philips kwam in het atelier kijken hoe het werk vorderde en zag daar een beeld dat hem beviel. Daarom vroeg hij aan Starreveld wat dat beeld moest kosten. Starreveld gaf antwoord, waarop Philips wilde onderhandelen en een lagere prijs noemde. Starreveld zei daarop, dat hij het beeld niet mocht kopen.

Een hele poos later kwam Philips erop terug en gaf aan dat hij nu wel bereid was de gevraagde prijs te betalen. Maar voor Starreveld was en bleef het een uitgemaakte zaak: Philips had zijn kans gehad en verzuimd, hij mocht het niet meer kopen. Waarop Anton Philips hem bekende dat hij door de jaren heen toch eigenlijk de verkoper van gloeilampen was gebleven, die bij de mensen aan de deur kwam.

Weinig op met het kunstleven

Starreveld bemoeide zich nauwelijks met het kunstleven in Amsterdam en Amersfoort. Oorspronkelijk was het wel de bedoeling dat de Oranjerie van Park Randenbroek een kunstcentrum zou worden. In de periode 1955-’57 zijn er ook wel muzikale uitvoeringen (Hayden, Bach) geweest waarvan een aankondiging bewaard is gebleven. Daar maakte Starreveld ook wel prenten voor. Hij speelde zelf cello en hield van klassieke muziek. Hij portretteerde bijvoorbeeld ook wel meisjes die de cello bespeelden (cellisten). Maar deze activiteiten kregen geen vervolg.

Verder had Starreveld weinig contact met vakbroeders. Even is hij lid geweest van een beeldhouwersvereniging, maar nadat hij daar ruzie had gemaakt, werd hij geroyeerd. Starreveld was koppig en leed bovendien aan een gehoor beperking, wat de communicatie bemoeilijkte. Van der Lee omschrijft het als volgt: ‘Zijn persoonlijkheid verenigt ruwe kracht en fijnzinnige creativiteit.’

Brons gieten

Het maken van een bronzen beeld vergt zo’n acht gietingen en nog meer als het een opdracht betreft. Brons blijkt erg gewild. De laatste zeven jaar zorgen brons roven er helaas voor dat Starrevelds werk veelal naar binnen wordt overgebracht. De oorlogsmonumenten zijn nog wel in vol ornaat in de publieke ruimte te bewonderen, bijvoorbeeld in Rotterdam (aan de Coolsingel bij de ABN-Amrobank), in Leiden, en, enigszins achteraf, in een parkje in Schiedam.

Kunst op zee en ander werk

Starreveld heeft in de jaren ’40-’50 heel veel (interieur)werk voor scheepvaart-ondernemingen gemaakt; hiervan is helaas niets bewaard gebleven. Sinds 1970 liepen de opdrachten terug en heeft hij veel vrij werk gemaakt. Bijvoorbeeld een voorzittershamer voor de toenmalige minister president (teruggevonden op het Ministerie van Algemene Zaken). En Starreveld maakte ook een reliëf in Hoorn. Natuurlijk mag het beeld van de Zeeman op de Uitkijk in Amsterdam ook niet vergeten worden.

Voorbereidend werk van de stichting: boek en expositie

Nog steeds is de stichting bezig werk van Starreveld te achterhalen. Zo is bekend dat hij iets voor de gemeente Beverwijk heeft gemaakt, maar wat is (nog) niet duidelijk. Zoals gezegd komt er een boek over Pieter Starreveld. De verwachting is dat de teksten in oktober 2014 gereed en door de bestuursleden goedgekeurd zullen zijn en dat men dan in gesprek gaat om de beste uitgever te bepalen. Het wordt niet in eigen beheer uitgegeven. Ook wordt een expositie voorbereid, die vermoedelijk bij het museum Beelden aan Zee in Scheveningen zal plaatshebben.

Jaar:
1911 / 1989
Circa:
Nee

Tags

Reageren

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
Aantal stemmen: 0