Het verhaal is nooit af... Familieherinneringen van de 3e en 4e generatie aan de Tweede Wereldoorlog

fragmenten uit het interview met Senna Pengel: "Ik heb mijn overgrootmoeder Sonja een beetje gekend. Ik was bijna vijf toen ze doodging. Mijn moeder en mijn oma hebben wel over haar verteld en over de oorlog. Laatst heb ik ook in de Hollandsche Schouwburg de namen van de ouders van mijn overgrootmoeder zien staan: Paula Bermann (omgekomen in Bergen-Belsen, 21-1-1945) en Coen van Es (omgekomen in Bergen-Belsen, 20-1-1945). Naast vele andere namen”, vertelt de 8-jarige Senna. Paula Bermann was vanuit Konken (Duitsland) naar Nederland gekomen en was in 1918 met Coen van Es getrouwd. Overgrootmoeder Sonja van Es was net dertien toen Nederland door de Duitsers werd bezet en zij met haar familie plotseling als Joden werden bestempeld. De oorlogsdagboeken van Sonja’s moeder, die dateren van juni 1940 tot en maart 1944, zijn na de oorlog in het bezit van de familie gekomen. Een paar dikke, in Duits handschrift helemaal volgeschreven schriften, die haar drie kinderen later hebben laten vertalen. In de dagboeken staat veel te lezen over wat er gebeurd is met haar kinderen Hans, Inge en Sonja, haar man Coen en met de andere familieleden. Ze schreef ook over welke boeken ze las en welke maatregelen de Duitsers namen om Joden uit te schakelen. Zo werden met ingang van maart 1941 vele plaatsen voor Joden verboden. Vanaf 1 juli 1942 mochten Joden na acht uur 's avonds de straat niet meer op en na de schoolvakantie mocht Sonja niet meer terug naar haar oude school. Een school voor Joodse leerlingen werd opgericht (15 oktober) en vanaf dat moment ging Sonja naar het Joods Lyceum. Op het laatste moment besloten de ouders van Sonja in augustus 1942 met haar onder te duiken. Inge en Hans hadden al eerder hun Jodensterren afgedaan en waren ondergedoken. Sonja zat soms met en soms zonder haar ouders opgedoken. Ze voelde zich opgesloten en geïsoleerd, ver weg van haar vriendinnen en spulletjes waar ze erg aan gehecht was. Ze tekende veel en is later kunstenares geworden. Paula Bermann noteert in haar dagboek het Sinterklaasgedicht dat Sonja op 5 december 1942 aan haar heeft gegeven: Lieve ouwetjes Nu wij weer het nationale Sint-Nicolaas vieren Moet ik mijn ouders toch zeker plezieren. Ja, om iets-heel-heel-aardigs te halen Zal ik wel door de stad moeten gaan dwalen. Ik kijk, ik zoek, ik speur, ik snuffel rond Naar al wat ik in de winkels vond Maar nee, bah, niks bijzonders hoor Daar geef ik mijn kostbare centjes niet voor Maar opeens weet ik een fijn cadeau Ik maak van mij nu direct een foto En dan nog een mooi glanzend lijstje gekocht En mijn kunstwerk is eindelijk in elkaar gewrocht. Ik hoop beste, beste luitjes, dat wij weer gauw samen zijn Want mijn spreuk is: “Na regen komt zonneschijn”. In 1944 werden haar zusje Inge en haar ouders verraden en kwamen via Westerbork in Kamp Bergen-Belsen terecht. Alleen Inge overleefde Bergen-Belsen. Overgrootmoeder Sonja zelf was op tijd gewaarschuwd en vanuit het onderduikadres in Utrecht naar Amsterdam gevlucht. ” Ze heeft een paar dagen alleen door Amsterdam gezworven, geslapen onder het Rijksmuseum. Dat vind ik zo zielig”, zegt Senna. “ Daar moet ik van huilen.” Uit: Het verhaal is nooit af... Familieherinneringen van de 3e en 4e generatie aan de Tweede Wereldoorlog. VOEG JE EIGEN VERHAAL TOE OP ifthenisnow Interviews: Linda Bouws Vormgeving en layout: Jean Cameron Portretfotografie: Lo Andela

 

Jaar:
1940 / 1945
Circa:
Nee

Tags

Reageren

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
Aantal stemmen: 0