3D beelden van Eric van Straaten in Sis Josep Galerie

Afgelopen zaterdag was ik op de opening van All Tomorrow’s Parties. Op deze tentoonstelling staan de 3D geprinte beelden van Eric van Straaten centraal. Op het eerste gezicht lieflijke jonge meisjes, een beetje kitscherig. De toelichting van de kunstenaar en de filmpjes die Sis Josep ons liet zien maakten veel duidelijk over de achtergronden van deze beelden. Daarnaast waren er ook  beelden te zien van Marcel van Brussel en Sandra Drenkelford.

Conti Hermenet en Sis Josip waren geïntrigeerd geraakt door 3D kunst van Eric van Straaten, waar beelden laagje voor laagje – inclusief kleuren aan de buitenkant – worden opgebouwd. Conti met name was flink op zoek geweest en was uiteindelijk op het werk van Eric van Straaten gestuit, een beeldende kunstenaar die zich voornamelijk bezig houdt met het vormgeven van full-color 3D geprinte beelden.

Kwetsbare meisjes

Het was een uitdagende taak die de nodige stamina vereiste, zo werd wel duidelijk. Op de eerste plaats duiken er tal van technische problemen op die de kunstenaar zelf moet zien op te lossen en daarnaast moeten er allerlei afwegingen gemaakt worden over het object dat hij vormgeeft, voornamelijk jonge meisjes van een jaar of dertien.

Wat het eerste betreft hielp het dat Eric van Straaten een niet te stoppen drive had om er uit te komen. Van Straaten: ‘De technische horden die je moet nemen zijn groot. Ik ben een nerd die het een uitdaging vind om te kijken wat ik kan. Ik heb 15 andere kunstenaars geholpen met het 3D printen. De een na de ander hield het na kortere of langere tijd voor gezien.’  

Dramatiseren van seksuele problemen

Dan de jonge meisjes. Zij wekken tegenstrijdige gevoelens op. Ze zijn onschuldig en ze provoceren tegelijk, je recht aankijkend. Dat bleek ook de bedoeling van de kunstenaar te zijn, hij wilde ‘een levend iets’. In de Renaissancetijd werden er soortgelijke beelden van ivoor en brons gemaakt, zagen we in het eerste filmpje dat Sis Josip liet zien. Van Straaten had de beelden in Berlijn gezien en vond het ‘een bijzonder esthetische ervaring’. Maar hij vond het te gesloten qua emotie.

In het tweede filmpje, over Grief van Erwin Olaf, zagen we twee jonge dames in een huiskamer, perfect gekleed. Het was een voorbeeld voor de kunstenaar. ‘Perfectie moet. Olaf simuleert heel goed breekbaarheid en emotie.’ Daarna zagen we de poppen van Hans Bellmer, een Berlijnse kunstenaar, die omarmd werd door de Surrealisten. Van Straaten herkende zich in het incorporeren van jeugdige, paradijselijke herinneringen en het dramatiseren van met name seksuele problemen. ‘Je ziet hem worstelen. Die worsteling herken ik zelf. Je ziet in zijn creaties ook wat voor verschrikkelijke man hij voor zichzelf was.’

De ambivalentie is mooi, volgens Van Straaten. ‘Er zit frustratie en een worsteling met onschuld en seksualiteit. Maar je moet wel in gedachten houden dat het uiteindelijk een beeld is, en geen meisje van 13.’ Twee Japanners die zich helemaal toelegden op meisjespoppen leken dit af en toe een beetje te vergeten, zagen we in een volgend filmpje. De eerste maakte grote poppen waar hij een persoonlijke band mee voelde, bij de tweede was dat wat minder het geval. 

Hoe kleiner, hoe makkelijker

Ten slotte kwam het 3D printen aan de orde. Er gebeurt al veel. De kop van Bart Chabot is 3D geprint te zien in het Museum voor Communicatie. Gehoorapparaten en gebitskronen worden tegenwoordig 3D geprint. En ook het grotere werk wordt aangepakt, huizen bijvoorbeeld. Op een filmpje kwam ook het bouwen van een barok kasteel voorbij. Van Straaten: ‘Hoe kleiner hoe makkelijker, zou je kunnen zeggen. Een lichaamsonderdeel, een arm, een voet kan, een mens is een probleem. Het 3D printen van grote dingen is nu nog te duur. Daarnaast is er nu nog een probleem in het combineren van componenten in het printmateriaal.’

De meisjesfiguren bleek hij niet van de voet tot de kruin geprint te hebben, maar hij begon met een digitale kleine etalagepop, met vingers en oren eraan, waar hij, al fotoshoppend in 3D allerlei houdingen en bewegingen in aanbracht. Hij laat het printen in Tsjechië. ‘Dat is nog te betalen.‘

 

De tentoonstelling is te zien tot en met 3 januari 2016.

Circa:
Nee

Tags

Reageren

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
Aantal stemmen: 0