De Keerskorf aan de Kamp in Amersfoort

Horizontal tabs

Beschrijving

Een prachtige voorstelling voorzien van houtsnijwerk en consoles siert de ingang van dit pand. Bij nadere bestudering blijkt het te gaan om een korf met kaarsen.

Mijn zoektocht naar de historie van dit pand begint met de naam. Het wordt door de eeuwen heen op verschillende manieren aangeduid: als de ‘Kaaskorf’, de ‘Kaaskorff’, de ‘Kaarskorf’, de ‘Kaarskorff’, de ‘Kaerskorf’, de ‘Kaerskorff’, de ‘Keerskorff’ en de ‘Keerskorf’. Die laatste schrijfwijze staat nu fier in gouden letters vermeld. De herkomst van de naam blijft onduidelijk: of de oorspronkelijke bewoners kaarsenmakers of handelaren in kaarsen waren, daarover spreken de bronnen elkaar tegen.

Zoektocht naar de geschiedenis van het pand

Ik kan de geschiedenis van dit pand slechts bij benadering onthullen aan de hand van (digitale) bronnen uit de archieven van Eemland en Utrecht, de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed, de Kamer van Koophandel, boeken en foto’s en advertenties uit oude kranten. Mijn belangstelling gaat hierbij vooral uit naar de functie van het pand en, indien relevant, naar de beroepen van de bewoners.

Vroegste aanwijzing

Wegens brandgevaar zijn de houten huizen in de loop van de zeventiende eeuw successievelijk vervangen door huizen van steen en met dakpannen. Het is niet duidelijk wanneer dat met dit pand is gebeurd: een bouwjaar is niet bekend. De vroegste aanduiding van het perceel heb ik via Archief Eemland kunnen achterhalen, door te zoeken op personen die ingeschreven staan als ‘lidmaat’ (van de hervormde gemeente). Op 16 juni 1638 wordt Jan Jansen Snijder als zodanig ingeschreven op het adres: ‘naast de Keerskorff op de Camp’. De naam was dus toen al in zwang.

Daarna blijkt uit transportakten dat op 4 september 1678 Rutje Willems (weduwe van Dirck Hendricksz van Leyn) aan Geertruid Dircx (weduwe van Roeloff Methorst) ‘een huis, hof en hofstede cum annexis op de Kamp “daer de Keerskorff uythangt”’ verkoopt.

De Trouillarts vanaf 1740

Het volgende spoor kom ik tegen op 2 november 1740 toen Mr. Simon Petrus Troulart en zijn vrouw het ‘huis, erf, hof en hofstede aan de westzijde van de Kamp (…) genaamd “De Keerskorff” met het pak- en zeemhuis daarachter in de Zogstraat of achter de kamp, tegenover de hof en kerkje van het Godshuis De Poth’ kochten van Nicolaas Methorst (oud-burgemeester) en diens vrouw Theodora Tiedeman. Dat waren de vorige bewoners dus. Op 10 juni 1754 wordt de waarde van de ‘Kaarskorf’: ‘hun huizinge, erve, tuin, pakhuis, honigsemerije en koornzolders, staande aan de Kampstraat, en van achteren in de Potstraat uitkomende (…) met alle gereedschappen’ geschat op 15.000 gulden.

Vervolgens verkoopt deze de Kaarskorf op 1 maart 1779 aan Dr. Gerardus Trouillart (raad dezer stad). Het transport wordt als volgt omschreven: ‘de huizinge genaamd “De Kaarskorf”, met de bloementuin en bleekveld daarachter, staande aan de Noordzijde van de Kampstraat (nu: Kamp).’

Uit dit archief blijkt tevens dat op 7 februari 1789 Asuerus van Doorn en zijn vrouw Dina Huizinga zesduizend gulden lenen van Maria Cornelia van Bemmel (weduwe van Dr. Gerrardus Trouillart) en de erfgenamen van haar man voor de aankoop van de ‘huizinge en honing semerij’ die per die datum aan hen werden overgedragen.

Kunstenaar Jordanus Hoorn vanaf 1795

Op 28 september 1795 treden de ‘konstschilder’, stadsteekenaar en honing semer’ Jordanus Hoorn en Anna van Coeverden in het huwelijk en worden voor 7.500 gulden de trotse eigenaren van ‘Eene zeer ruime propere en zeer wel doortimmerde Huisinge voorzien met verscheydene boven- en beneden vertrekken, eene grote tuin, honingzemery en gote pakhuizen daar agter, en ruyme korensolders boven deselve, staande binnen deze stad Amersfoort aan de Kampstraat genaamd Kaarskorff’.

Maar de zaken gaan langzamerhand minder goed. De schrijfster van het boek over Jordanus Hoorn weet te vertellen, dat in het Register van Acten van Patent Jordanus vanaf 1816 alleen nog wordt aangeduid als tekenmeester; we kunnen dus aannemen dat hij toen gestopt was met de honingzemerij.

In de 19e eeuw

In december 1818 wordt het perceel geveild in twee delen: één pakhuis wordt verkocht aan Hendrik Ockhuysen (tabaksplanter van beroep), het huis met het andere pakhuis gaat met verlies naar Michiel Lagerwey (grondeigenaar en koopman, en onder andere eigenaar van de Sneul en de Klapmuts). Jordanus Hoorn zelf verhuist terug naar zijn ouderlijk huis, dat aanzienlijk kleiner is, ‘D’Gekroonde Bye=korf’ aan de huidige Kamp 74a. (Dit huis wordt overigens gesloopt in 1934 en de gevelsteen wordt in Kamp 10 ingemetseld).

Uit notariële akten blijkt, dat er op 29 september 1813 – 20 april 1857 sprake is van een boedelscheiding, waarbij diverse inventarissen en testamenten betrokken zijn.  Ook de Kaarskorf maakt daarvan onderdeel uit. Op 18 juli 1857 wordt ‘de Kaaskorf’ (mogelijk ook ‘Kaarskorf’ of ‘Keerskorf’ genaamd) verkocht aan Theodorus Michiel van Berkesteijn (buiten beroep). Vervolgens worden op Valentijnsdag in 1876 diverse percelen verkocht, waaronder De Kaarskorf en de twee pakhuizen, aan Hendrik Gerritsen.

Begin 20e eeuw

Dan vind ik pas weer een aanwijzing in 1915. In het Amersfoortsch Dagblad/ De Eemlander valt op pagina 4 te lezen dat koopman Gerrit van Dam op 30 september van de B.W.laan in Amersfoort naar Kamp 24 verhuist. Op 23 november van dat jaar verhuist (ook?) Johannes Lonkhuyzen (technoloog van professie) van Rijswijk naar Kamp 24. Aan het begin van het tweede kwartaal in 1921 wordt hij de eigenaar van de Amersfoortsche Lingeriefabriek. In die periode wordt het gebouw reeds genoemd als zijnde van oudheidkundig belang.

In augustus 1919 verhuist kapper Pietertje Molenaar op hoge leeftijd van de Kamp 24 naar Rotterdam. Of en hoelang deze als kapper aan de Kamp 24 was gevestigd, kan ik niet uit bronnen opmaken.

In die jaren is er een aparte rubriek (soms zelfs op de voorpagina) met als titel ‘Welkom Vreemdeling gevestigd in de gem. Amersfoort’ (1934) waarin alle bevolkingsmutaties met naam, toenaam, beroep en geloof werden opgenomen. Het geeft iets weer van de sfeer in die tijd en misschien ook wel van de nog relatief kleine schaal van Amersfoort. Zo weten we dat de mejuffrouwen De Wijze en Mulder ook korte tijd aan de Kamp 24 hebben vertoefd.

De Amersfoortsche Lingeriefabriek komt weer in beeld, er verschijnen een aantal aankondigingen in de kranten die gewag maken van een verhuizing en tot 1923 wordt verschillende malen geadverteerd met ‘gesloten huis’.

Onderdak voor het ‘hoofd der school’

Vanaf december 1922 kan men in het Amersfoorts Dagblad/De Eemlander lezen, dat Abraham Veen ‘hoofd der school’ verhuist naar Kamp 24. Kennelijk vergezeld door zijn echtgenote Fernandina Cornelia Veen geboren Van Randwijk. Nadat de heer Veen met pensioen is gegaan, biedt hij in de krant nog herhaaldelijk zijn diensten als volgt aan: ‘Ondergeteekende beveelt zich aan voor het teekenen van crayon-portretten en penteekeningen, alsmede tot het geven van lessen voor gewoon lager onderwijs’ aan de Kamp 24. Hij overlijdt in maart 1936: 73 jaar oud. Zijn echtgenote overlijdt (plotseling) in februari 1942.

Fotogeniek pand

Door de jaren heen heeft een aantal fotografen het pand op de gevoelige plaat vastgelegd. Daaronder zijn: J.W. Wentzel (van de ‘Kaerskorff’ uit 1910), J.D.H. van der Neut (1955-1960) (bij zijn foto van de achtertuin staat overigens vermeld dat Jordanus Hoorn van 1753 tot 1833 in de Kaerskorf woonde, maar zoals al is gebleken, kan dit niet kloppen), Cor van den Braber (1970),Theo Hendriksen (1960-1980) en Max Cramer (1995). Er bestaat ook nog een sobere foto uit de oorlogsjaren (1940) van een onbekende maker.

De draad opgepakt na de tweede wereldoorlog

Op 4 januari 1947 staat er een aankondiging in het Dagblad van Amersfoort waarin gewag wordt gemaakt van een (eerste) bijeenkomst van de F.A.M. met de titel ‘Middenstand hervat het organisatieleven’. De F.A.M., de organisatie van 3 middenstandsvereenigingen, komt bij elkaar en de (nieuwe) Burgemeester spreekt, De Nederlandse Middenstands Bank (NMB) wordt genoemd en er wordt aangegeven dat het secretariaat van de middenstandsvereeniging voorlopig gevestigd is aan de Kamp 24.

Begin 1947 verschijnt er een personeelsadvertentie met de tekst ‘Gevraagd: net meisje v 8.30-2.30 Goede kost en hoog loon’ voor ene meneer Van Helsdingen. Eind 1947 wordt dat: ‘Gevraagd: net dagmeisje of voor halve dagen. Met huislijk verkeer.’ En medio dat jaar verschijnen er advertenties voor een ‘bediende’ voor het Bureau voor de Middenstand, Amersfoortse Schrijfkamer, Type- en Copieerinrichting aan de Kamp 24.

Kennelijk was meneer Van Helsdingen de eigenaar van het bovenstaande bedrijf, want op 15 april 1948 wordt er op pagina 4 van Dagblad voor Amersfoort meegedeeld, dat de zaken van de ‘Amersfoortse Schrijfkamer Kamp 24/ van Heldingen’s Kantoor Machinebedrijf H.K.B.’ op dezelfde basis worden voortgezet na het overlijden van P.J. van Helsdingen. Voortaan gaat het bedrijf verder onder de naam ‘Wed. G. v. Helsdingen Copieer- en offset drukkerij’, in elk geval nog tot in 1953.

Levensmiddelen en ‘clubjes’

In juli 1948 wordt een ‘Vacantie mededeling’ gedaan uit naam van de Amersfoortse melkhandel door de Commissie uit de Melkhandel, die secretariaat houdt aan de Kamp 24. In het najaar verschijnt er weer zo’n mededeling. En er wordt zelfs een (derde) prijs uitgeloofd aan de bewoner G. Schimmel, Kamp 24, ter gelegenheid van ‘In Zuivelland’.

Zo belanden we uiteindelijk in 1956 bij Verkoophuis Cohen-Menco (ook wel alleen ‘Cohen’ of alleen ‘Menco’) dat meubels, kapkbedden, clubjes, tv’s en radio’s te koop aanbiedt en zeer frequent adverteert. Zelfs de nieuwjaarswens belandt in de krant! Tezelfdertijd komen we advertenties tegen van Boom’s Modelslagerij; in de jaren zestig kennelijk opgevolgd door Slagerij Werther.

Relatief ongeschonden door de tand des tijds

Op 1 mei 1957 staat er in het rubriekje ‘De Vensterkijker’ in Dagblad voor Amersfoort het volgende te lezen: “De Keerskorf (…). Het betreft hier het pand aan de Kampstraat 24, momenteel bewoond door de familie Cohen-Menco. Eén der weinige panden in de binnenstad waarvan de gevel na het begin dezer eeuw niet aan de schennende hand van sloper of verbouwer ten offer viel, om er een broeken- of schoenenpaleis van te maken. Er is al zoveel hier in Amersfoort aan mooie gevels en gebouwen verdwenen.”

Zijstapje

Ik veroorloof me even een klein zijstapje: Op 15 oktober 1960 is op pagina 3 van het Dagblad voor Amersfoort een artikel gewijd aan het overlijden van mevrouw Johanna Brouwer Nijhoff-Jordaan, weduwe van een directe nazaat van Jordanus Hoorn en kunstbeheerder. Zij wordt geprezen om haar verdiensten mede wat museum Flehite betreft.

‘Modehuis de Keerskorf’

Verder met Kamp 24. De heer Cohen verkoopt de zaak aan een familie (Verweij?), die hier van 1970 tot 1990 (blijkens informatie op internet) de stoffenzaak ‘Modehuis de Keerskorf’ vestigt. Op 5 januari 1982 sluiten ze hun andere filiaal aan de Biezenkamp 15 maar de Kamp 24 blijft open. Er is dan achter de winkel een atelier gevestigd, zo blijkt uit bouwtekeningen. De familie woont ook in het pand. De dochter schrijft: “Het was een goede tijden-slechte tijden tijd. Ik werkte in de zaak, eerst als klein meisje, daarna ik (de) administratie, verkoop, inkoop, maar werkte intussen ook bij ABN Nederland.” *Op 13 juni 1990 verschijnt er een advertentie in de Leusder Krant vanwege de opheffingsverkoop. Het pand wordt in 1990 verkocht aan een makelaar die het pand weer verhuurde.

Terug naar de oorsprong

Midden en eind jaren zeventig wordt een plan voor restauratie van de voorgevel goedgekeurd door de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed en wordt de ‘ingangspartij’ onder handen genomen. In 1990 wordt het ‘Plan voor uitbreiding/ verbouwing (…)’ uitgevoerd. De meest zichtbare verandering aan de voorzijde is dat waar eerst sprake was van twee dakkappelen er nu nog maar één is. Binnen is het atelier verwijderd en is één grote winkelruimte (en op de eerste verdieping een grote kantoorruimte) ontstaan.

Er hebben daarna verschillende bedrijven en bewoners in het pand gezeten tot 2007. Vanaf dat jaar is de huidige Parketzaak er gevestigd. Ik vraag aan directeur Ype Postma, hoe dat zo gekomen is. “We waren op zoek naar een geschikte locatie. Het moest niet op een industrieterrein zijn (…), maar wel goed bereikbaar en er moest parkeergelegenheid voor onze mensen en ruimte voor een magazijn zijn. Verder moesten locatie en pand bij de uitstraling van ons product passen. Zo kwamen we bij dit deel van de Kamp uit. En dit stond te huur.”

Vakwerk en duurzaamheid

De Parketzaak is een erkende speciaalzaak met als werkterrein de regio Groot Amersfoort. Soms werkt men ook landelijk. Het assortiment omvat: houten vloeren, parket, laminaat, kurk- en pvc-vloeren. Vaklui werken op maat en doen de afwerking ter plaatse. Zij voeren ook traprenovatiewerk uit en plaatsen houten binnen zonwering. Levensduur, of duurzaamheid, zijn begrippen die zowel op het pand als op het product van toepassing zijn.

Het is Ype’s ambitie om verantwoord verder te groeien vanuit deze (enige) vestiging. Naast het traditionele werk is hij nu ook begonnen met ‘reclaimed’ hout; dat is pas ècht oud hout. Hierover is meer te vinden op Facebook. “Ik blijf me onderscheiden en vernieuwen”, stelt hij monter.

Het pand is volgens de monumentenlijst van Amersfoort uit 2011 Rijksmonument, gelegen in een door het rijk aangewezen stadsgezicht in de binnenstad.

* Ontleend aan: www.linkedin.com/pub/jeannine-verweij/42/5b6/46b

Adres

Kamp 24
3811AR

Openingstijden

maandag: gesloten (afspraak wel mogelijk!) dinsdag – donderdag: 10.00 – 17.30 uur donderdagavond: 19.00 – 20.30 uur vrijdag: 13.00 – 17.30 uur zaterdag: 10.00 – 16.30 uur

Telefoonnummer

033 4702626
06 17157177

Facilities

  •  
  •  

Tags

Reageren

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
Aantal stemmen: 0