't Manneke uit de mane

t Manneke uit de Mane is een oude volksalmanak. Deze almanak werd in het leven geroepen in Wijtschate in augustus 1880 en voor het eerst verscheen in 1881. Alfons van Hee was de eerste hoofdredacteur en bleef dit tot 1903.De almanak wordt getypeerd door het lachende maantje op de voorprent, ontworpen door Ferdinand Rodenbach.

De Titel komt uit een oud volksverhaal/legende van het jongetje/man, die op de maan terecht kwam.

Een man gaat op zondag houthakken. Als hij met een grote takkenbos op zijn rug huiswaarts keert, ontmoet hij een heer in zondags pak, die hem voorhoudt: ‘Weet jij niet dat het zondag is? God wil dat de zondag geheiligd wordt, en op die dag mag er niet gewerkt worden.’ De man zegt dat het hem weinig kan schelen: zondag of maandag, wat maakt dat nu uit? ‘Ga dan maar voor eeuwig de maandag vieren op de maan’, zegt God -- want Hij is het. En de man wordt verbannen naar de maan. Wie bij volle maan goed kijkt, ziet daar nog altijd die man met zijn takkenbos op zijn rug zitten.

In 1886 werden de eigendomsrechten overgenomen door "De Swigenden Eede", een geheim genoodschap van vlaamse flaminganten. Van 1881 tot 1884 werd de almanak door de Brugse drukker Modest Delplace gedrukt, daarna door zijn stadsgenoot Adolf van Mullem.  Tijdens de Eerste Wereldoorlog verscheen ’t Manneke niet en pas in 1923 nam men de uitgave weer op, onder impuls van Achiel Denys hierbij gesteund door Edward Vermeulen. Van 1923 tot 1930 werd de volksalmanak nog altijd in Brugge gedrukt.

van 1930 tot 1964 viel de uitgave echter weer stil. In 1964 namen Willem Denys en Karel de Lille het initiatief om de almanak opnieuw uit te geven in de stijl en traditie van de vroegere uitgave. Het werd opeenvolgend gedrukt in Langemark, Brugge en Roeselare. Antoon Deweerdt  nam in1977 de fakkel als hoofdredacteur over en sinds 2012 opgevolgd door Noël Maes.

De ridderorde  van ’t  Manneke uit de Mane

Ook in de traditie van ‘De Swighenden Eede’ ontstond in 1964 de Ridderorde van ’t  Manneke uit de Mane. Jaarlijks worden enkele verdienstelijke West-Vlamingen in de orde opgenomen. Dit gebeurde voor het eerst in 1965. Aanvankelijk vond de jaarlijkse ridderzitting plaats in Lo. Maar door het groeiend succes moest men uitwijken naar Diksmuide. Het tot ridder slagen gebeurt naar keuze met een ridderzwaard of met de traditionele koteraar.

Daar heeft ’t Manneke zijn vaste stek gevonden en kreeg er sinds 1978 op de Grote Markt van Diksmuide zelfs zijn standbeeld. Het staat symbool voor de west-vlaamse humor. Ook in de Alfons Vanheestraat in Moere is een standbeeld te vinden. Er kwam een lentezitting bij, afwisselend in de ene of andere West-Vlaamse gemeente. De lijst van de opgenomen ridders is ondertussen indrukwekkend lang geworden.

Tags

Reageren